Netherlands
This article was added by the user . TheWorldNews is not responsible for the content of the platform.

‘Bewoners moeten straks zelf met een aannemer de problemen kunnen oplossen’

N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.

Interview

Hans Houdijk Bevoegdheid en geld heeft Houdijk, directeur Instituut Mijnbouwschade Groningen, nodig om de Groningse schadedossiers sneller af te handelen. „We moeten haast maken.”

Het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) wil meer bevoegdheid en meer budget van het kabinet om de afhandeling van schade door aardbevingen in Groningen voor inwoners makkelijker te maken. „Met de huidige wet komen we niet verder”, zegt IMG-directeur Hans Houdijk.

Het IMG presenteerde donderdag voorstellen om de afhandeling van aardbevingsschade in Groningen en Drenthe te verbeteren. Het instituut wil onder meer de kosten vergoeden die bewoners aan aannemers betalen om schade te herstellen, een vaste vergoeding van „bijvoorbeeld 2.500 euro” per aardbeving uitbetalen aan bewoners in de kern van het aardbevingsgebied en de compensatie voor leed en schade door aardbevingen verhogen.

We willen meer mensen persoonlijk spreken, minder brieven sturen

Met de maatregelen wil het instituut de schadeafhandeling „milder, menselijker en makkelijker” maken – vermeldt het rapport – zoals de parlementaire enquêtecommissie gaswinning Groningen eind februari voorstelde. Om de plannen uit te voeren, heeft het instituut meer mandaat én geld nodig. Het kabinet moet 5 tot 10 miljard uittrekken om de materiële en immateriële schade door aardbevingen te vergoeden.

„De enquêtecommissie geeft een scherp oordeel dat het menselijker, milder en makkelijker moet. Dat moet je je aantrekken”, zegt directeur Houdijk.

Zijn deze voorstellen alleen een reactie op de uitkomst van de enquête of zijn de plannen er al langer?

„Met de huidige wet komen we niet verder. Het rapport roept op ons meer bevoegdheden en middelen te geven. Dat willen wij al langer. Zo’n rapport zet de deur open. We moeten haast maken. Wachten is al de norm in Groningen.

„In mei moet het kabinet met een reactie komen. Daarom komen wij nu met ons voorstel, met concrete maatregelen waarvan we vinden dat het kabinet die moet doorvoeren. Met dit pakket slaan we een nieuwe route in. Maar uiteindelijk besluiten we het niet zelf. Staatssecretaris Hans Vijlbrief [van D66] en het kabinet moeten aangeven welke voorstellen ze willen overnemen.”

Wat heeft het IMG nodig van het kabinet?

„Bevoegdheid en geld. We hebben de bevoegdheid nodig om zaken buiten de aansprakelijkheid van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) te kunnen regelen. Voor de schadedossiers die al lang liggen, hoop je met meer mandaat snellere oplossingen te kunnen vinden zonder dat je steeds hoeft te bewegen in het keurslijf van de aansprakelijkheid. Om de voorstellen te kunnen uitvoeren hebben we meer geld nodig.”

Een huis in het Groningse dorp Rottum is zwaar beschadigd door de aardbevingen. Foto Kees van de Veen

Voor sommige voorstellen is een half jaar tot een jaar voorbereidingstijd nodig. Waar hangt dit vanaf?

„We weten pas wat we kunnen doen na de politieke besluitvorming. Dit is iets van de langere adem. Voor we alle voorstellen hebben kunnen uitvoeren zijn we een tot twee jaar verder.”

Twee weken geleden protesteerden inwoners nog voor het IMG tegen de juridische procedures. Gaat het proces door de nieuwe aanpak minder juridisch worden?

„We willen het anders aanpakken door bewoners de kans te geven met een aannemer de problemen op te laten lossen. Als mensen hun huis zelf kunnen opknappen en wij betalen, dan zou dat moeten leiden tot minder gedoe en juridische discussies. Door na een aardbeving automatisch de schadevergoeding over te maken, maak je het proces ook makkelijker.”

Is er vooraf contact met aannemers geweest of deze nieuwe werkwijze werkbaar is?

„Nee. Dat weten we niet. Dat is altijd ingewikkeld qua bouwcapaciteit. Het is een krappe markt. Het moet blijken of dat een knelpunt gaat opleveren.”

Vanaf wanneer gaan inwoners van het aardbevingsgebied het verschil merken?

„Meer mensen persoonlijk spreken, minder brieven sturen, dat zijn kleine dingen die we nu al kunnen doen. Dat zijn niet de grote bewegingen. Daarvoor moeten we wachten tot het besluit van het kabinet is genomen. Ik hoop dat ze daar tempo mee maken.”