Nederlandse overheid biedt Citroën BX aan: ‘in theorie de beste auto’

Jaarlijks neemt de overheid om tal van redenen auto’s in beslag. Deze, en oude dienstvoertuigen, worden vervolgens verkocht door het Ministerie van Financiën. Hoewel veel auto’s niet echt de moeite waard zijn, duiken er soms pareltjes op in de showroom van Domeinen Roerende Zaken.

Ditmaal staat er een fraaie Fransoos te koop: een Citroën BX. Via de site van de overheid kun je bieden op de auto. Bied je het hoogste bedrag, dan kun je de auto ophalen. Dit bedrag is overigens niet wat je uiteindelijk moet neerleggen voor jouw verse bolide. Bovenop je bieding komt nog 15 procent ‘opgeld’.

Test met de Citroën BX in 1982

Nog voor het succes van de Citroën BX, waarvan uiteindelijk 2,3 miljoen exemplaren verkocht zijn, reed Autovisie met de auto die door Carl Hahn – de toenmalige CEO van Volkswagen – werd omschreven als “in theorie de beste auto.”

“De BX komt op de markt met drie motoren. Tweemaal een van de Peugeot 104 geleende 1360 cm2-motor met respectievelijk 44,6 en 51,8 kW (62 en 72 pk) en een zelf ontwikkelde, nieuwe 1,6 liter die 65 kW of wel 90 pk levert. De eerste motor wordt geleverd met een vierbak, beide andere hebben een versnellingsbak met vijf overbrengingen.”

Hydropneumatische vering

“Qua carrosserie zijn er ook nog een paar varianten, waardoor uiteindelijk vijf modellen ontstaan: de BX met de zwakste motor, de BX 14 E en de BX 14 RE met de 72 pk-motor, en de BX 16 RS en TRS met de 1,6 liter – het laatstgenoemde model is het meest luxueuze.”

“Hoewel ook in het onderstel wat uit de rijke PSA-voorraad “geleende” onderdelen zijn terug te vinden, heeft ook hier Citroen zijn onmiskenbare eigen koers mogen varen en dan ook weer naar hartenlust hydropneumatische vering toegepast. De voorwielen zitten op McPherson-poten met de bekende gasbol geheel bovenop gemonteerd, de hele installatie heeft ook een anti-duikconstructie, die in de praktijk voortreffelijk blijkt te werken.”

Peters Proefrit #38: Citroën BX Sport (1985)

“De achterwielen zitten aan zogeheten ‘getrokken armen’, ook hier afgeveerd met de bekende hydropneumatische elementen, die in dit geval horizontaal zijn gemonteerd. De wielen veren geheel onafhankelijk: Citroen gebruikt niet de langzamerhand bij veel andere constructeurs in zwang zijnde “semi-onafhankelijke” achterwielophanging, bestaande uit een slappe draagas die kan torderen en in feite als een soort hulpveer fungeert waardoor de bewegingen van het ene achterwiel gedempt aan het andere worden medegedeeld. Kort en goed.”

Snel en zuinig (voor zijn tijd)

“De auto’s halen behoorlijke topsnelheden die we tijdens onze rij-impressie in Frankrijk niet hebben kunnen nameten: de fabriek geeft op dat ze voor de drie motorvarianten respectievelijk op 155, 163 en 176 kilometer per uur liggen.”

“De acceleratie (alweer niet nagemeten) is wat traag: van nul tot honderd volgens fabrieksopgave weer respectievelijk 15,6, 13,5 en 11,5 seconden. Het verbruik is laag: de wagen waarmee wij reden verbruikte over zo’n tweehonderd kilometer 1 op 11,4 – voornamelijk met krachtige stijl op bochtige binnenwegen gereden. Op de autosnelweg ziet alles er natuurlijk nog wat zonniger uit.”

De Citroën BX als occasion bij de overheid

De Nederlandse overheid biedt een Citroën BX uit 1991 aan. De Fransman staat bij Domeinen Roerende Zaken.

De auto heeft in 31 jaar tijd meer dan 200.000 kilometer gereden. Op de deuk na, ziet de BX er nog netjes uit. Let wel, de sleutel van de auto en code van de startonderbreker zijn niet aanwezig.

Deze occasion wil je: Citroën Xantia V6, ‘valse bescheidenheid’

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.