Ongeveer twee derde van de 45 veehouderijen die de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) uit voorzorg had gesloten vanwege mogelijke blootstelling van dieren aan muizengif is inmiddels weer open. Dat meldt de waakhond aan de NOS.
De veehouderijen werden vorige week uit voorzorg tijdelijk gesloten omdat er bij zeker één veehouderij dieren waren blootgesteld aan het bestrijdingsmiddel. Dat kwam volgens de NVWA omdat het bedrijf dat was ingezet voor plaagdierbestrijding de regels niet of onvoldoende in acht heeft genomen. Bij die veehouderij werden sporen van het bestrijdingsmiddel aangetroffen in de lever van een kalf.
Melkveebedrijven allemaal weer open
De NVWA wil uit privacyoverwegingen de namen en locaties van de veehouderijen niet bekendmaken. Wel zei het orgaan dat het onder andere ging om bedrijven waar runderen, varkens en schapen aanwezig zijn die geslacht worden om hun vlees te verkopen en om melkveebedrijven. Alle bedrijven zijn bezocht en alle melkveebedrijven zijn inmiddels weer vrijgegeven. "Dat betekent dat melk weer vervoerd kan worden", zegt de woordvoerder. Wanneer alle boerderijen van dieren die voor de vleesconsumptie bestemd zijn weer open mogen, kan de NVWA nog niet zeggen. Het onderzoek loopt nog.
Het bestrijdingsmiddel waaraan de dieren mogelijk werden blootgesteld bevat de werkzame stof cumatetralyl. In kleine hoeveelheden kan de stof weinig kwaad, maar in grote hoeveelheden kan cumatetralyl schadelijk zijn voor de gezondheid. De stof kan ernstige oogirritatie en bloedingen veroorzaken en bloedstolling remmen.