Netherlands
This article was added by the user . TheWorldNews is not responsible for the content of the platform.

Waarom Syrië en vooral Turkije vaker te maken krijgen met (zware) aardbevingen

Door Nuri Kurnaz en Robbert van der Linde

Turkije en Syrië werden maandag getroffen door een zware aardbeving. Honderden mensen kwamen om, duizenden raakten gewond. Beide landen worden vaker getroffen door aardbevingen. Vooral Turkije krijgt vaak te maken met zware aardschokken, omdat het op een plek ligt waar verschillende aardplaten bij elkaar komen.

Turkije ligt op verschillende zogenoemde tektonische platen. Dat zijn stukken van de aardkorst, de buitenste laag van de vaste aarde. Er zijn op onze planeet zeven grote tektonische platen en meerdere kleinere platen. Die platen bewegen enkele centimeters per jaar, maar dat kan al grote gevolgen hebben.

De platen kunnen op elkaar botsen, onder elkaar door schuiven, langs elkaar schuren of uit elkaar drijven. Dat gaat vaak samen met aardbevingen. De sterkste aardbevingen komen voor aan de randen van die platen.

Turkije ligt in een zeer gevoelig gebied waar meerdere platen samenkomen. Binnen het Turkse grondgebied komen de grote Euraziatische (waar Europa op ligt), Afrikaanse en Arabische platen samen. Het land ligt zelf grotendeels op de kleinere Anatolische plaat. Dat maakt het gebied een van 's werelds meest actieve aardbevingszones.

"Turkije zit als het ware ingeklemd tussen de Arabische, Afrikaanse en Euraziatische plaat", legt hoogleraar Mondiale Tektoniek Douwe van Hinsbergen uit. "Doordat de Arabische en Afrikaanse plaat noordwaarts richting de Euraziatische plaat bewegen, wordt Turkije langzaam richting Griekenland 'geknepen'."

De aardbeving van maandag vond plaats in het zuidoosten van Turkije, in de buurt van de stad Gaziantep. Daar bevindt zich de Oost-Anatolische breuk, waar de Anatolische plaat en de Arabische plaat langs elkaar heen schuiven.

Door het noorden van Turkije loopt de Noord-Anatolische Breuk, de scheiding tussen de Euraziatische plaat en de Anatolische plaat. Ook daar komen vaak aardbevingen voor. "Die bevingen vinden dicht in de buurt van de oppervlakte plaats. Dat betekent dat ze zwaar gevoeld worden en voor veel schade zorgen", zegt Van Hinsbergen.

Turkije heeft te maken met meerdere breuklijnen. Hoe roder het gebied, hoe groter de kans op (zware) aardbevingen.Foto: AFAD

In de gebieden is na een aardbeving grote kans op naschokken. Normaal verschuiven de platen zo'n twee centimeter per jaar. "Maar dat is een gemiddelde. Het is eigenlijk een soort elastiek waar de energie in wordt opgeslagen, totdat de druk te groot wordt. Dan kunnen de platen opeens meters opschuiven", zegt Van Hinsbergen.

Vervolgens vindt er een kettingreactie plaats langs de hele breuklijn. "Wanneer de platen langs elkaar schuiven, wordt de druk op andere plekken ook groter. Daar komen die naschokken vandaan. Dat zijn eigenlijk nieuwe aardbevingen, maar die worden veroorzaakt door die eerste aardbeving."

Kort na de beving nabij Gaziantep werd er een nieuwe aardbeving gemeld in het zuidoosten van Turkije met een kracht van 7.5. Het epicentrum lag in de provincie Kahramanmaras. Dat is iets noordelijker dan bij de aardbeving van maandagochtend, maar wel op dezelfde breuklijn.

Een illustratie van langs elkaar schuivende platen.Foto: Getty Images

Turkije heeft in de loop der jaren met veel aardbevingen te maken gehad. Sinds de metingen zijn gestart in 1900 is het land getroffen door meer dan 226 aardbevingen met een magnitude van minimaal 6.0. Vijfentachtig daarvan waren zelfs aardbevingen met een kracht van 6.5 en hoger.

De aardbeving van maandag is de op één na zwaarste ooit gemeten met moderne middelen. Die had een magnitude van 7.8. Dat is te vergelijken met de schok die veroorzaakt wordt door een groot kernwapen.

De grootste aardbeving in Turkije vond plaats in Erzincan op 26-27 december 1939 met een kracht van 7.9. 32.962 mensen kwamen om, bijna 100.000 raakten gewond. Als gevolg van de aardbeving werden 116.720 gebouwen verwoest. Deze aardbeving ging de geschiedenis in als een van de ernstigste rampen in Turkije.

In 1999 stierven 17.840 mensen en raakten 43.953 mensen gewond bij een aardbeving met een kracht van 7.6. Die vond plaats in Kocaeli Gölcük. Nog diezelfde dag kwam de internationale hulpverlening op gang. Deze aardbeving duurde ongeveer 45 seconden en staat bekend als de langste aardbeving in de geschiedenis van Turkije.

In Syrië komen aardbevingen minder vaak voor. Dat komt doordat het land verder van de breuklijnen tussen de aardplaten ligt. Volgens de geologische dienst van Syrië zijn er sinds 1900 zestien aardbevingen gemeten binnen de landsgrenzen. Twee daarvan waren krachtiger dan 5.0, waaronder de aardbeving van maandag.

Syrië registreerde pas één keer eerder een zwaardere beving dan maandag. De westelijke havenstad Tartous werd in 1918 getroffen door een aardbeving met een magnitude van 6.6. In Aleppo werd maandag een schok van 5.6 gemeten.

Lees meer over:

Turkije Syrië aardbevingen Buitenland Aardbeving Turkije en Syrië