Netherlands
This article was added by the user . TheWorldNews is not responsible for the content of the platform.

de Stentor | Miljoenen om weidevogel te redden, maar niets helpt: behalve bij deze boeren in Salland

Ondanks 400 miljoen euro aan subsidies is het aantal weidevogels in Nederland de afgelopen twee decennia gehalveerd. Op het Sallandse platteland tussen Zwolle en Raalte doen de bedreigde grutto, kievit, tureluur en scholekster het echter wonderbaarlijk goed. Met dank aan een groep idealistische boeren. Maar een ongenode gast dreigt de boel te verpesten. 'Als het zo doorgaat is de grutto hier straks verdwenen.'

Dit artikel is afkomstig uit het de Stentor. Elke dag verschijnt een selectie van de beste artikelen uit de kranten en tijdschriften op NU.nl. Daar lees je hier meer over.

Met een verrekijker tuurt boer Bertwin Elshof over de weilanden. Kieviten fladderen onrustig heen en weer om hun kinderen te beschermen tegen mogelijk gevaar. Zelf struinen de pluizige kuikens door het grasland op zoek naar voedsel. Iets verderop houdt een grutto zich juist opvallend rustig. "Die wil niet opvallen, want dan zou hij het nest verraden waar zijn vrouwtje zit te broeden", zegt Elshof.

Het boerenland tussen de Sallandse dorpen Laag Zuthem en Lierderholthuis lijkt in niets op veel andere weilanden. Geen kort gemaaid gras, maar kleurrijk hoger grasland waar boter- en pinksterbloemen bloeien. Watergeulen met een langzaam oplopend talud zorgen voor drassige grond. Een ideale biotoop voor weidevogels, zoals grutto's, die met hun lange snavel wormen uit de natte bodem peuteren.

In het voorjaar ziet Elshof dagelijks weidevogels op zijn land. Grutto en kievit, maar ook tureluur, wulp, patrijs en scholekster. Soms legt hij zijn werkzaamheden even neer om te genieten van het fascinerende schouwspel. "Leven in het land, prachtig om te zien. Het geluid van de grutto heeft iets magisch."

Veilige omgeving voor weidevogels

Ruim tien jaar geleden kochten negen boeren, onder wie Elshof, vijftig hectare grond in het Lierderbroek om bedreigde weidevogels weer een veilige plek in Overijssel te geven. Inmiddels beslaat het gebied 78 hectare en nemen de boeren er talloze maatregelen om het voor weidevogels aantrekkelijk te maken. Er zijn stuwtjes gebouwd, flauwe greppels gegraven en windwatermolens geplaatst. Alles om de waterhuishouding te reguleren en plas-dras gebieden aan te leggen. Bossages zijn verwijderd om een open polderlandschap te creëren. "Weidevogels houden van openheid", zegt Elshof. "Dan voelen ze zich veilig en zien ze gevaar beter aankomen. Een grutto zal geen eieren leggen vlak bij een bos."

Hoger en lager - kruidenrijk - grasland tussen de Sallandse dorpen Laag Zuthem en Lierderholthuis vormen de ideale broedomgeving voor weidevogels, zoals de grutto en de kievit.

Hoger en lager - kruidenrijk - grasland tussen de Sallandse dorpen Laag Zuthem en Lierderholthuis vormen de ideale broedomgeving voor weidevogels, zoals de grutto en de kievit.
Hoger en lager - kruidenrijk - grasland tussen de Sallandse dorpen Laag Zuthem en Lierderholthuis vormen de ideale broedomgeving voor weidevogels, zoals de grutto en de kievit.

Hoger en lager - kruidenrijk - grasland tussen de Sallandse dorpen Laag Zuthem en Lierderholthuis vormen de ideale broedomgeving voor weidevogels, zoals de grutto en de kievit.

Foto: Ronald Hissink

Vroeg maaien is er in het Lierderbroek niet bij. Op zeker de helft van het land blijft het gras tot 15 juni onaangetast. Zo groeit het hoog en kunnen weidevogels er hun nesten bouwen en schuilen voor gevaar. Andere delen worden korter gehouden, maar niet te kort.

Op de droge mest die er overheen wordt gegooid en het kruidenrijke gras dat er groeit, komen veel insecten af. Voor de kuikens is er zo voldoende voedsel als ze uit het ei kruipen. De vliegjes en insectjes happen ze op ooghoogte van het gras. "Onze doelsoort is de grutto", zegt Elshof. "Die is het meest kwetsbaar en stelt de hoogste eisen aan zijn biotoop. Als het met de grutto goed gaat, gaat het met de andere weidevogels ook goed."

Sinds Elshof en zijn collega-agrariërs maatregelen nemen, is het aantal broedparen gegroeid van tweehonderd tot vijfhonderd. Een mooi resultaat, het bewijs dat hun aanpak werkt. Maar tot frustratie van Elshof is de groei tot stilstand gekomen, een ongenode bezoeker verpest de boel. Daarover later meer.

Aanpak behoud weidevogel is mislukt

In Nederland gaat het slecht met de weidevogels. Al decennia daalt hun aanwezigheid razendsnel. Het aantal broedparen grutto's - de bekendste weidevogel - daalde de afgelopen twintig jaar van 60.000 naar 30.000, terwijl in diezelfde periode de jaarlijkse subsidie voor het behoud van de weidevogel groeide van 4 naar 33 miljoen euro. In totaal werd in twee decennia 400 miljoen uitgegeven om de weidevogel te redden. Zonder resultaat. De aanpak is mislukt, luidde recent de harde conclusie van de Algemene Rekenkamer in het kritische rapport 'Waar is de grutto?'.

Vogelbescherming Nederland onderschrijft deze conclusie. "De afgelopen jaren is er heel veel geld gestopt in maatregelen die weinig effectief waren", vertelt woordvoerder Ruud van Beusekom. "Legselbeheer was het adagium, de nesten beschermen tegen vroeg maaien en vertrapping door koeien. Prima, maar dat alleen is lang niet genoeg, zo blijkt. Want als de kuikens uitkomen, hebben ze voedsel nodig, anders sterven ze alsnog. Dat is wat er nu op grote schaal gebeurt. Op de kort gemaaide weilanden zitten te weinig insecten waarmee de kuikens zich kunnen voeden."

Plas-dras gebieden met een laag oplopend talud, zoals hier in het Sallandse Lierderbroek, zijn ideaal voor weidevogels. Het land is drassig en zacht, waardoor bijvoorbeeld de grutto met zijn lange snavel wormen uit de grond kan peuteren.

Plas-dras gebieden met een laag oplopend talud, zoals hier in het Sallandse Lierderbroek, zijn ideaal voor weidevogels. Het land is drassig en zacht, waardoor bijvoorbeeld de grutto met zijn lange snavel wormen uit de grond kan peuteren.
Plas-dras gebieden met een laag oplopend talud, zoals hier in het Sallandse Lierderbroek, zijn ideaal voor weidevogels. Het land is drassig en zacht, waardoor bijvoorbeeld de grutto met zijn lange snavel wormen uit de grond kan peuteren.

Plas-dras gebieden met een laag oplopend talud, zoals hier in het Sallandse Lierderbroek, zijn ideaal voor weidevogels. Het land is drassig en zacht, waardoor bijvoorbeeld de grutto met zijn lange snavel wormen uit de grond kan peuteren.

Foto: Ronald Hissink

Meeste weidevogels komen in Nederland broeden

Nederland is van oudsher belangrijk grondgebied voor weidevogels. In het voorjaar vliegen ze vanuit Afrika naar onze delta om hier hun eieren uit te broeden. Zo'n 80 procent van alle grutto's komt naar de natte en voedzame polders. Met name het Groene Hart, Noord-Holland, Friesland en delen van Overijssel zijn belangrijke weidevogelgebieden.

In de jaren tachtig van de vorige eeuw waren er nog zo'n 150.000 grutto broedparen in Nederland. Daarvan is nog slechts 20 procent over. Het heeft meerdere oorzaken dat hun aantal zo hard achteruit gaat, maar de intensieve veehouderij is de belangrijkste. "Hierdoor is het landschap enorm veranderd, met als gevolg de teloorgang van de biodiversiteit", vertelt Van Beusekom. "Om het land intensief te bewerken is het waterpeil verlaagd. Bovendien maaien veel boeren hun land al vroeg. De kruidenrijkdom van het grasland is hierdoor sterk achteruit gegaan. Vroeger zag je veel meer boterbloemen en madeliefjes, nu zijn het vooral gifgroene grasmatten waar weinig insecten op af komen. Dit alles is funest voor weidevogels."

Een grutto bewaakt haar eieren in een weiland. Het beeld komt uit de nieuwe natuurfilm van Ruben Smit over de grutto.

Een grutto bewaakt haar eieren in een weiland. Het beeld komt uit de nieuwe natuurfilm van Ruben Smit over de grutto.
Een grutto bewaakt haar eieren in een weiland. Het beeld komt uit de nieuwe natuurfilm van Ruben Smit over de grutto.

Een grutto bewaakt haar eieren in een weiland. Het beeld komt uit de nieuwe natuurfilm van Ruben Smit over de grutto.

Foto: Ruben Smit

Meer gebieden voor weidevogel inrichten

Toch is er hoop. Anderhalf jaar terug kwamen de Vogelbescherming en andere natuurorganisaties onder leiding van oud-minister Pieter Winsemius met het Aanvalsplan Grutto. Daarin zijn concrete stappen benoemd om het tij te keren. De belangrijkste is het creëren van een netwerk van gebieden met effectief weidevogelbeheer. Zoals boer Elshof in het Lierderbroek in Salland doet, maar dan op veel grotere schaal. In heel Nederland moeten zeker 35 van dit soort kerngebieden komen, waar boeren weidevogelvriendelijke maatregelen nemen en daarvoor ook betaald krijgen. Voor de uitvoering van het plan heeft het kabinet zo'n 70 miljoen euro gereserveerd.

"Er zijn veel kansrijke gebieden voor weidevogels die nu niet of nauwelijks worden benut", zegt Van Beusekom. "Hun aantal moet omhoog en met boeren in die gebieden moeten afspraken worden gemaakt over het nemen van de juiste maatregelen, zoals kruidenrijk gras en meer plas-dras gebieden. Daarvoor is geld nodig, want deze maatregelen zijn vaak nadelig voor het verdienmodel van de boer."

Hoewel Van Beusekom in het recente verleden vreesde dat de weidevogel het in Nederland niet lang meer zou redden, heeft hij inmiddels zijn optimisme hervonden. Hij ziet dat er een kentering gaande is. "De politiek is ervan doordrongen dat het vijf voor twaalf is voor de weidevogel in ons land. Ook steeds meer boeren zien in dat het belangrijk is om maatregelen te nemen. Dus ja, ik ben hoopvol gestemd. Terug naar 150.000 grutto broedparen is onmogelijk, maar de neergang stoppen en weer voorzichtig groeien naar zo'n 40.000 moet te doen zijn."

Overijssel stopt miljoenen in redden weidevogels

Ook Overijssel gaat hiermee aan de slag. In deze provincie ligt 2000 hectare grond waar maatregelen genomen worden om het de weidevogel naar de zin te maken, zoals het grasland pas maaien na half juni. In zogenoemde beheerovereenkomsten zijn afspraken gemaakt tussen provincie en boeren over het nemen van de juiste maatregelen. In totaal 405 boeren werken daar in Overijssel aan mee en ontvangen een subsidie. Jaarlijks is er in deze provincie 2,7 miljoen euro beschikbaar.

Doel is om de drie bestaande kerngebieden voor weidevogels uit te breiden, zoals het Aanvalsplan Grutto voorschrijft. "In Overijssel zijn hiervoor drie gebieden in beeld", vertelt woordvoerder Jelmer Geerds. De Mastenbroekerpolder, Weerribben-Wieden en het Sallandse Lierderbroek. "Vanaf volgend jaar is er voor deze gebieden fors meer beheer mogelijk", aldus Geerds.

Grutto eieren, verstopt tussen het hoge gras.

Grutto eieren, verstopt tussen het hoge gras.
Grutto eieren, verstopt tussen het hoge gras.

Grutto eieren, verstopt tussen het hoge gras.

Foto: Han Bouwmeester

© Eveline Van Elk

Roofdieren vreten eieren en kuikens op

Mooie plannen waar ook boer Elshof achter staat. Al zal de overheid boter bij de vis moeten doen. Want een boer die zijn land inricht voor de weidevogel is mooi, maar hij loopt wél inkomsten mis. Hij kan er niets verbouwen, haalt geen gras van zijn land en zijn koeien leveren minder melk. "Veel boeren zijn best bereid om zich in te spannen voor de weidevogel", denkt Elshof. "Maar dan moet er financiële compensatie tegenover staan. Het verdienmodel moet kloppen."

Toch is Elshof niet optimistisch. Dat heeft alles te maken met een ongenode gast: de vos. Meer dan de helft van alle nesten in het Lierderbroek valt ten prooi aan predatie, blijkt uit twee onderzoeken die in opdracht van de provincie zijn uitgevoerd. "De vos staat met stip op één, gevolgd door de steenmarter", zegt Elshof met een zucht. "Hierdoor is de groei van het aantal broedparen bij ons de afgelopen jaren tot stilstand gekomen, ondanks al het werk wat we erin stoppen. Het is dweilen met de kraan open, heel frustrerend."

De vos mag in het Lierderbroek bejaagd worden, de steenmarter niet. Eens per week gaat Elshof 's nachts op jacht. Vorige week schoot hij twee vossen, maar vaak genoeg lukt het niet. "Het is niet zo dat hier twintig vossen zitten, maar ook al loopt er maar één; die vreet in een nacht wel vijftien nesten leeg."

Zonder maatregelen straks geen grutto meer

Het bestrijden van de vos in een klein gebied zoals het Lierderbroek zet volgens Elshof op de lange termijn geen zoden aan de dijk. In zijn ogen zijn er in Oost-Nederland te veel vossen en moet hun aantal in de wijde regio omlaag. Om de teloorgang van de weidevogel te stoppen en de populatie weer te laten groeien, mag niet meer dan 20 procent van de nesten opgegeten worden. Nu ligt dat percentage veel hoger.

Het heeft iets kroms, vindt Elshof. "De grutto is onze nationale vogel en wordt ernstig bedreigd, terwijl de vos overal voorkomt: van Spanje tot Noorwegen. Waarom moeten we de vos zo streng beschermen als hij hier alle grutto's opeet?"

Predatie hoort bij de natuur, weet ook Elshof, maar het evenwicht is zoek - is zijn overtuiging. "De politiek moet stappen durven nemen om het aantal vossen en steenmarters omlaag te brengen. Gebeurt dat niet, dan kunnen we nog zoveel extra miljoenen investeren, maar dan is de grutto hier over een tijdje gewoon verdwenen."

De 5 bekendste weidevogels van Nederland
Nederland is van oudsher dé 'weidevogelhoofdstad' van de wereld. Het open landschap, de bloemrijke weides met veel insecten voor de kuikens, het drassige grasland: het vormde eeuwenlang de ideale biotoop voor weidevogels. Maar met de afname van de biodiversiteit, neemt ook het aantal weidevogels in ons land snel af. De vijf bekendste weidevogels van Nederland op een rij.

1. Grutto


De grutto overwintert in West-Afrika of Zuidwest-Europa en strijkt meestal eind februari in ons land neer. Grutto's keren bijna altijd terug naar hun eerste broedplek. Momenteel zijn er nog zo'n 30.000 broedparen, een laagterecord.

2. Kievit
Een onmiskenbare verschijning met zijn opvallende kuif, brede vleugels en dartelende buitelingen in de lucht. De kievit telt op dit moment tussen de 89.000 en 130.000 broedparen. Beduidend meer dan de grutto, maar hun aantal neemt sneller af.

3. Scholekster
Zeer zorgzaam, voedt als een van de weinige weidevogels zijn jongen. Het nest is meestal een simpel kuiltje in het gras. Broedt ook op platte daken met kiezels, hoog en veilig. Telt tussen de 30.000 en 37.000 broedparen, maar hun aantal neemt de laatste tien jaar samen met de kievit het snelst af.

4. Veldleeuwerik
Bekend vanwege de uitbundige zangvluchten van de mannetjes. Vliegen naar grote hoogte om vervolgens in een dansende glijvlucht hun zangkunsten te laten horen aan de vrouwtjes. Momenteel telt de veldleeuwerik tussen de 34.000 en 44.000 broedparen. Hun aantal nam sinds de jaren tachtig flink af, maar is de laatste jaren redelijk stabiel.

5. Tureluur
De tureluur is een liefhebber van drassige weilanden met slootjes, pollen en kruidenrijk gras. De kuikens verlaten al snel het nest en scharrelen zelf hun kostje bij elkaar. Van de tureluur zijn op dit moment tussen de 16.000 en 20.000 broedparen. Hun aantal neemt jaarlijks met bijna 5 procent af.

(Bron: Natuurmonumenten, Vogelbescherming en Sovon)